De meetweken zijn ontstaan vanuit het ORANGEHealth-consortium en de Monitor Mondgezondheid van het RIVM (Monitor Mondgezondheid | Volksgezondheid en Zorg).
De Meetweken zijn bedoeld om inzicht te krijgen in de mondgezondheid van de Nederlandse bevolking. Daarnaast is het doel om tandartsen voor te bereiden op het systematisch documenteren van mondgezondheidsgegevens. Systematische registratie wordt steeds belangrijker, onder andere voor spiegelinformatie en het mogelijk maken van secundair gebruik van zorgdata. Voorbeelden van secundair gebruik van zorgdata zijn de uitwisseling van zorggegevens tussen tandartsen en andere zorgverleners en/of de toepassing hiervan in wetenschappelijk onderzoek. Omdat nog niet duidelijk is hoe deze registratie erin de toekomst precies uit zal zien, wordt dit jaar een pilot in de vorm van de ‘Meetweken Mondgezondheid’ georganiseerd.
Op basis van de verzamelde informatie hopen de onderzoekers de mondgezondheid in Nederland in kaart te brengen. De opgehaalde informatie kan aangewend worden om toekomstig mondzorgbeleid (meer) op feiten te baseren. De gegevens zijn ook belangrijk om ook in de toekomst adequate mondzorg te kunnen blijven leveren.
Monitor Mondgezondheid van het RIVM
De tijdens de ‘’Meetweken Mondgezondheid’’ opgehaalde data gaan een belangrijke aanvulling vormen voor de Monitor Mondgezondheid van het RIVM. De monitor wordt uitgevoerd in opdracht van het ministerie van Volksgezondheid Welzijn en Sport, Binnen de monitor zijn nu nog geen gegevens beschikbaar op basis van klinisch mondonderzoek; iets waar de Meetweken Mondgezondheid verandering in gaan brengen.
ORANGEHealth
Binnen het consortium ORANGEHealth geven zeven Nederlandse onderwijsinstellingen voor mondzorgkunde en tandheelkunde samen vorm aan de toekomst van (mond)zorg en (mond)gezondheid. Een onderzoekslijn richt zich specifiek op het beschikbaar stellen van (mondgezondheids)gegevens via de mondzorgpraktijk. De meetweken vormen een pilot voor toekomstige dataverzameling en worden uitgevoerd door consortiumpartners KNMT en Hogeschool Utrecht.